Drie verhalen die niets met elkaar te maken lijken te hebben, verbonden door thema’s als racisme, seksualiteit, eenzaamheid, migratie, complexe familierelaties, een verlangen om geliefd te zijn en ziektes.
Ik was geen fan van Een Klein Leven. Sterker nog, ik heb het boek niet uitgelezen. Ik vond het te verdrietig, te grafisch, te detaillistisch, te gruwelijk. En toch, het stuk dat ik wel heb gelezen staat in mijn hoofd geëtst. En dat is waarom ik besloot om Naar het Paradijs te lezen. Ik hield van de manier van schrijven van de auteur en het basis idee/onderwerp leek op dat van Wolkenstad, een ander episch verhaal met verschillende tijdlijnen in verschillende eeuwen én één van mijn meest favoriete boeken van 2021. De boeken konden niet meer verschillend zijn. En toch, als je kijkt naar de onderwerpen …
Het boek is verdeeld in drie delen. Een verhaal over David, een rijke loner wiens ouders gestorven zijn aan een infectieziekte. Het is 1893 en HY laat ons een alternatief Amerika zien. David leeft in de vrije Staten waar homoseksualiteit normaal is maar waar zwarte burgers geen staatsburgerschap kunnen krijgen. Als hij arme Edward ontmoet, wordt hij hals over kop verliefd. Maar wat zijn Edward’s intenties?
Dan gaat het boek naar 1993, naar David uit Hawaii (de waanzinnige cover is een Hawaiiaanse vissersjongen in 1898, geschilderd door de Nederlandse schilder Herbert Vos) die een relatie heeft met Charles, een oudere man, terwijl AIDS en dood overal in de homoseksuele gemeenschap aanwezig zijn. Als één van de vrienden van Charles op sterven ligt, ontvangt David een brief van zijn vader met wie hij allang geen contact meer heeft.
Als laatste gaat het boek over in een verhaal in de eerste persoon. Charlie is getrouwd maar kent haar echtgenoot niet echt, terwijl pandemieën, klimaatverandering en een totalitair regime het leven bepalen. Dit deel gaat heen en weer tussen 2093 en 40/50 jaar eerder en vertelt ook het verhaal van Charlie’s opa Charles. Terwijl de eerste twee verhalen behoorlijk rustig waren, is dit verhaal angstaanjagend.
De samenvatting noemt het boek een symphony en ik vind dat deze omschrijving goed bij het boek passen. Langzaam en kwetsbaar in het begin. Dan sterker aangezet vanwege de oplopende spanning. Terugschakelend naar een langzamer tempo als een intermezzo. Dan opbouwend naar een crescendo, steeds bombastischer totdat je compleet ondergedompeld wordt.
Sommige mensen houden van symfonieën en sommigen niet. En dat zal ook het geval zijn met Naar het Paradijs. Het is een joekel van een boek, het tempo is langzaam, de zinnen zijn lang en het is niet makkelijk om de verhalen te verbinden. Het is geen boek dat je leest omdat je binding wilt hebben met de hoofdpersonen of erom wilt lachen of huilen. Het boek straalt afstandelijkheid uit en is geschreven in een behoorlijk formele taal. Maar het is ook een waarschuwing voor ons allemaal en een boek om op te reflecteren. Want als we zo doorgaan, zou de wereld wel eens kunnen eindigen in angst en geweld en we zouden alle progressie die we tot nu toe hebben gemaakt kunnen verliezen.
Ik heb getwijfeld over mijn beoordeling. De eerste twee verhalen waren zeker vier sterren waard en op sommige momenten misschien wel vijf. Het laatste deel was echter lang en het voelde een beetje te … veel? Al die pandemieën en zones en nummers en informatie dumps … Maar het is ook het enige verhaal waar ik een brok van in mijn keel kreeg en de verhalen samen lieten me mijmeren en denken over onze huidige wereld. En dat is waarom ik het boek met vier sterren waardeer. I hoop waarachtig dat wij en onze kinderen en onze kleinkinderen nooit zo veel angst zullen meemaken.
Denk je nou na het leven van deze review dat dit boek misschien te veel voor je is? En houd je can Young Adult. Bekijk dan eens The Outrage door William Hussey. Een boek met dezelfde thema’s (zonder pandemieën) maar veel makkelijker te lezen.