Een pamflet. Een aanklacht tegen populisten, klimaatontkenners, racisten, socialisten, fascisten, opportunisten. Van Dis schrijft niet zomaar een boek, maar voelt schijnbaar een urgentie om zijn stem te laten horen. Nelleke Noordervliet deed dat eigenlijk ook al vorig jaar in De val van Thomas G.. Maar dan subtieler. Toch, de covers, het spelen met taal, het variëren met vertelvormen: het zit in beide boeken. Twee titanen die zien wat er in de wereld gebeurt en hun normale werkzaamheden stopzetten om hun bescheiden mening te geven. Schoorvoetend doen ze dat, met respect voor de huidige kritieken die vast ook over hen neer zullen dalen.
.
In het boek lezen we over Jákob, een tachtigplusser die als kind vlucht uit Hongarije. Hij is nu, in 2030, bevoorrecht, want woont op een terp. Het land is droog, maar Jákob maakt er het beste van. Hij is weduwnaar, maar heeft weer liefde gevonden bij Talétha, een bewoonster van De Kuil, een soort nederzetting van vluchtelingen en verschoppelingen. Als de allesverwoestende orkaan komt, zijn Jákob en zijn buurman Kees veilig op de terp. Als de orkaan gaat liggen, wordt de terp een toevluchtsoord. De soldaten zoeken naar vluchtelingen. Deze vluchtelingen zijn niet veilig voor het huidige regime van De president die wel heel erg lijkt op Thierry Baudet. Jákob registreert de vluchtelingen, maar gaat zich steeds meer verzetten.
.
Jákob denkt ergens in het verhaal aan kunstenaars die in deze tijden maar twee dingen kunnen doen: emigreren of zelfmoord plegen. Ik vraag me af tijdens het lezen: is dit boek de zelfmoord van de Van Dis? Hij kan neergesabeld worden door dit boek, maar misschien wil hij aangeven: kom maar op: maak me af. Ik geef alles, maar het deert me niet. Ik, de boomer, die het niet goed kan doen. Die niet meer meetelt. Oh, fantastisch vind ik het. Is dit een meesterwerk of een niemendal? Ik denk toch dat eerste, maar goed, wat weet ik ervan? Ik weet alleen dat echte schrijvers en andere kunstenaars leeftijdsloos zijn en blijven; dat hun ideeën altijd vernieuwend zijn en dat ze meetellen.
.
Met dit boek lijkt Van Dis ons te willen waarschuwen voor de klimaatveranderingen die onze ondergang zullen worden. Hij is onze eigen David Attenborough. Daar mogen we best trots op zijn.