Geschreven bij De herinnerde soldaat
Op de Beurs van Bijzondere Uitgevers werd dit boek door de Groningse uitgever Anton Scheepstra himself, aangeprezen als een indrukwekkende, historische roman met een absoluut literair gehalte. Wij van WC-eend..? Hij bleek de plank echter niet misgeslagen te hebben. Voortdurend herhalende patronen, personages die bijna eindeloos om elkaar heen blijven draaien en een verhaal dat in lange zinnen met cyclische bewegingen meandert, waardoor je een gestaag repeterende beweging gewaarwordt. En dat in een vuistdikke roman van 536 pagina's. Oersaai? Absoluut niet! FENOMENAAL!
Het verhaal speelt zich af in Kortrijk - België, in de jaren na de Eerste Wereldoorlog. Noen Merckem slijt al vier jaar zijn dagen in een gesticht. Hij is als soldaat gevonden achter het Belgische front, niet gewond, maar verward, niet aanspreekbaar en verstoken van enige herinnering van het leven dat hij daarvoor heeft geleid. Zijn naam dankt hij aan de plaats waar ze hem hebben gevonden. Hij is er tevreden, heeft zijn werk in de moestuin, belijdt zijn geloof en vindt houvast bij de voorspelbaarheid van de dagelijkse dingen.
Dan verschijnt er een vrouw die in hem haar echtgenoot herkent: Amand Coppens, 35 jaar oud en eind 1917 vermist geraakt. Alles klopt en acht jaar nadat ze haar man ten strijde heeft zien vertrekken, kan Julienne hem eindelijk weer mee naar huis nemen.
Amand en Julienne vinden elkaar in de liefde, maken plezier en het gezin vindt zijn draai met elkaar. Ze vertelt hem hoe ze elkaar hebben leren kennen, dat ze uit een totaal verschillend milieu komen, waar ze de eerste keer hebben gevrijd en dat hij haar en hun tweejarige zoon verliet om mee te strijden in de loopgraven. Voor de oorlog was hij fotograaf en zij heeft hun zaak al die jaren draaiende gehouden. Geduldig leert ze hem de kneepjes van het vak weer en samen runnen ze de winkel: zij fotografeert en hij doet het werk in de donkere kamer. Heel lucratief is haar idee om oorlogsweduwen te fotograferen, met Amand in soldatenuniform achter hen. Julienne retoucheert de foto's en met verbazing ziet hij dat ze zijn gezicht iedere keer weer een andere uitstraling weet te geven, passend bij de overledene wiens plaats hij op de foto inneemt. Zoals ze de foto's retoucheert, retoucheert ze ook hun leven. Een prachtige metafoor!
Ondanks haar geduldige verhalen, is Amand regelmatig wat achterdochtig en vraagt haar dan uit. Hoe het zit met de waarheid? Dat is niet alleen iets wat hém bezighoudt, maar ook de lezer heeft het gevoel op het verkeerde been gezet te worden door zijn vrouw.
Amand krijgt steeds vaker te maken met nachtmerries en ontdekt dat hij van zijn wandaden lijkt te hebben genoten. Dit is zo angstaanjagend dat hij bang is om in slaap te vallen. Julienne neemt het op zich om over hem te waken en wekt hem wanneer hij angstig droomt.
Maar dan komen ook overdag de demonen los in Amand. Hij zakt weg in korte perioden van vergetelheid, lijkt hiermee zijn eigen flashbacks te creëren en kan zich er later niets meer van herinneren, ook niet als blijkt dat hij Julienne tijdens zo'n toeval fiks heeft toegetakeld. De sfeer wordt door dit gegeven steeds grimmiger en langzaam maar zeker lijken er toch herinneringen uit zijn verleden op te poppen. Herinneringen die hij maar wat graag wil verifiëren...
Door de herhalingen - ook die van de dagelijkse rituelen - krijgt het verhaal een consequente vertelstructuur. In een bijna flegmatische cadans kabbelt het indrukwekkend voort, geeft steeds iets meer prijs, zoals bij een ui waar iedere keer de buitenste rok af wordt gepeld en langzaam de kern wordt blootgelegd.
Zoals al vermeld; Fenomenaal! Een boek om te her-, her-, herlezen. Jammer dat het niet in hardcover is uitgevoerd.
Meeslepend en intens. Beeldschoon proza. Een nieuwe klassieker van de toekomst.