De tuinjungle. Tuinieren om de wereld te redden door Dave Goulson.
Wat een supermooie cover en wat een boeiend onderwerp, ook al heb ik geen echte tuin, alleen maar een koer vol potten. Ik kan alvast zeggen dat Goulson een geweldige man is. Dit is het eerste boek dat ik van hem lees, ik wil al jaren zijn bijenboek lezen maar dat blijft maar uitgeleend in de bib, zegt genoeg hé. Dave is slim, wijs, bevlogen, nieuwsgierig, een geweldig schrijver en enorm grappig. Vaak zat ik luidop te lachen met zijn boek (ik duidde de grappen aan, ze zijn niet te tellen), dat was wel nodig want De tuinjungle is best zwaar en soms heel wetenschappelijk én best deprimerend van tijd tot tijd maar de humor en vlotte pen van Goulson maken het vlot leesbaar.
Elk onderwerp/hoofdstuk is even boeiend; van de mieren die ‘wandelende honingbommen’ zijn, over de oorwormen ‘die in groepjes rondhangen als tieners op voorjaarsvakantie’, tot volkstuintjes die de wereld gaan redden. Echt. Zijn idee daarover is zo geweldig, het klinkt als een waterdicht plan en tevens als ‘het enige voordeel van de Brexit’.
Tuinieren kan écht de wereld verbeteren/redden, dat laat Goulson duidelijk zien. Er is al onherroepelijk veel schade toegebracht maar het is nog niet te laat: koop wat kippen, knutsel een wormerij in elkaar en sla je slag op de plaatselijke plantenruilbeurs (mijdt de grote tuicentra) terwijl je op de wachtlijst voor een volkstuintje staat.
Dave Goulson laat alles eenvoudig lijken, zelfs de recepten aan de begin van elk hoofdstuk (vlierbessenwijn: mmm!). Misschien omdat het ook eenvoudig is? “Verbeter de wereld, begin in je tuin.”
En koop eerst even dit boek, in de bib ga je het komende jaren toch nog niet kunnen ontlenen ;) Greta, Anuna, Jonathan en Dave. En jij en ik. Wij gaan de wereld redden! Begin met een boek.
