Geschreven bij Achter de voordeur
Met “Achter de voordeur” is Alex Marwoord erin geslaagd een uniek soort thriller te schrijven, het soort thriller waar elk personage zo met zijn eigen ding bezig is, dat de gebeurtenis die uitgebreid op de achterflap wordt beschreven je als lezer zowat compleet gestolen kan worden en je dat nog oké vindt ook.
Vanaf hoofdstuk één sleept Marwoord je meteen mee in het verhaal dat ze probeert op te zetten en ze schuwt het niet om al vanaf het begin verrassende wendingen erin te brengen. Maar het verhaal moet het vooral hebben van de eigenzinnige personages. Marwood houdt niets geheim voor je. Je weet vanaf het begin precies waar elk personage mee bezig is, wat er met hen gaande is, wat ze doen, wie ze zijn. Toch heb je nooit echt grip op hen. Je weet nooit wat hun volgende stap is of wat hun motieven zijn. Meer dan met het verhaal op zich, creëert Marwood zo een spanning die ervoor zorgt dat je het boek niet wil wegleggen. Je kan geen van de personages echt peilen en als lezer wil je gewoon weten of je een personage nu wel of niet kunt vertrouwen en dus blijf je lezen.
Maar wat de personages ook doen, goed of slecht, ze wekt een sympathie voor hen op. Je weet dat ze zich niet helemaal koosjer gedragen, hebben elk hun situatie vooral aan zichzelf te danken, en toch zit je ze aan te moedigen, hopend op een goed einde. En dan zijn er de personages waar je onmogelijk sympathie voor kunt hebben en toch… Ze omschrijft hen zo sec dat je je als lezer begint af te vragen of het allemaal niet gewoon normaal is, terwijl je goed genoeg weet dat het echt niet normaal is. Onwaarschijnlijk hoe ze je als lezer doet twijfelen over je eigen zin voor recht en onrecht.
Met levendige omschrijvingen die je meteen het verhaal mee in sleuren, laat ze het boek echt tot leven komen. Ik voelde bijna zelf de nood om verkoeling te gaan zoeken in de ijskast door de manier waarop ze de hete zomerdagen beschreef. En om de zoveel tijd kom je een zin tegen die zo eenvoudig maar geniaal is dat je niet anders kan dan denken, “Was ik daar zelf maar opgekomen.”
Met al even eenvoudige omschrijvingen geeft Marwood een enorm inzicht in hoe haar personages over zichzelf denken. Vaak geeft ze met één woord zoveel weg. Af en toe, heel weinig maar altijd heel subtiel en mooi getimed, sluipt er een humoristische noot in waar je als lezer hardop mee moet lachen. Voeg er nog een paar knappe metaforen aan toe en je krijgt een rijke schrijfstijl waar je als lezer doorheen walst en veel te snel door de bijna 400 bladzijden heen zoeft.
Eén minpuntje, door de proloog wordt de spanning van het einde ietwat weggenomen omdat je al deels weet hoe het afloopt, en het einde is ietwat voorspelbaar, maar de fantastische manier waarop Marwoord deze thriller heeft aangepakt en de vlotte schrijfstijl maken dat je dat helemaal niet erg vindt. De rest van het verhaal is uniek genoeg dat die meer dan compenseert voor dit kleine minpunt.
En daar mag gerust ook een compliment voor naar de vertaler gaan, die erin geslaagd is om een vlotte, natuurlijke vertaling te produceren waarin de schrijfstijl van Marwood volledig tot zijn recht komt. Een echte aanrader.