‘RICO’ vertelt op een laagdrempelige wijze het verhaal van dé ambassadeur van de vechtsport, Rico Verhoeven. Nog geen dertig jaar oud maar inmiddels kan hij rekenen op een grote schare fans, wereldwijd. Sinds 2013 is hij de ongeslagen kampioen en vecht hij voor de grootste kickboksorganisatie ter wereld, Glory. Rico is een merknaam geworden, een organisatie op zich. Hij vecht overal in uitverkochte zalen, tegen eenieder die hem uitdaagt. Hij geeft clinics en workshops, is voor de gewone man een held maar blijft intussen ‘gewoon Rico’. Sterallures zijn vooralsnog ‘een ver van zijn bed show’. Zijn team is hecht, ze kijken met Rico verder, doen aan toekomstplanning want ze beseffen dat een vechtsportcarrière eindig is. Ambities zorgen dat deze wereldkampioen zijn pad zorgvuldig uitzet voor de toekomst, voor die van hem maar zeker ook voor zijn gezin. Rico gaat uitdagingen niet uit de weg. Hij wil het slechte imago van vechtsport wegpoetsen door middel van positieve benadering. Hij vecht, maar blijft een nette jongen. Maar Rico is duidelijk; in de ring wordt gevochten, buiten de ring doen we normaal, behandelen we elkaar met respect. En dat siert hem. Helaas geldt dat niet voor iedereen en de grote rol van social media speelt daar ook mee. Rico maakt op zijn beurt daar handig gebruik van, pareert negativiteit en weet zich, bewust of niet, goed te verkopen.
Verdonschot heeft dit levensverhaal, tot zover daarvan sprake kan zijn op deze jonge leeftijd, aardig opgetekend. Door diverse personen aan het woord te laten die dicht bij Rico staan krijg je een persoonlijk beeld van zijn leven. Zijn vriendin, zus, moeder, trainers en zakenbehartigers vertellen kort (en soms krachtig) hun verhaal. Op de flaptekst staat de term ‘het onthullende levensverhaal. Meeslepend en filmisch’. Op zich valt dat allemaal nogal mee, of tegen. Het is maar net wat je verwachtingspatroon is. Het boek is gemakkelijk, het komt op een ideaal moment op de markt gezien de populariteit van Rico. Het is niet echt diepzinnig of onthullend te noemen en de term ‘levensverhaal’ is daarom wat overdreven. Het blijft allemaal wat op de vlakte. De korte hoofdstukken en snelle wisselingen van perspectief en tijdspanne werken dat ook in de hand. De manier waarop dit verhaal is gebracht is vrij eenvoudig maar het leest wel vlot weg, je hebt het zo uit. De wedstrijdverslagen zijn leuk en niet al te technisch zodat iedereen het kan volgen.