Het is begin 1880. Sylvia Fox - dat kan geen toeval zijn - is getrouwd met haar eerste liefde, de welgestelde Richard Tebrick. Ze zijn immer samen, genieten van elkaars gezelschap en wonen in een rustige buurt, op het platteland in Oxfordshire.
Wanneer ze besluiten een wandeling in het bos te maken, vindt er iets bijzonders plaats.
Na te zijn bekomen van de eerste schrik, nestelt Sylvia zich tegen hem aan, zoek de nabijheid en toont hem haar genegenheid. Zij likt zijn gezicht, hij kust haar snuit.
In de veronderstelling dat de metamorfose slechts tijdelijk is, besluit hij de vos heimelijk mee naar huis nemen. Om niet gesnapt te worden door het personeel, vertelt hij dat zijn vrouw onverwachts naar Londen is vertrokken en dat ook hij zal vertrekken. Daarop stuurt hij ze met een extra maandloon de laan uit. Vanwege zijn vrees voor de reactie van zijn honden op de vos, neemt hij á la minute het besluit om de dieren dood te schieten.
De oude nanny heeft echter zo haar bedenkingen, gaat op onderzoek uit en vindt de vos in welke ze direct mevrouw Sylvia herkent. Uit angst door haar werkgever betrapt te worden, verdwijnt ook zij met gezwinde spoed.
Richard doet zijn uiterste best om goed voor zijn vrouw te zorgen. Hij borstelt en vertroetelt haar, parfumeert haar om de penetrante vossengeur te maskeren, laat haar bij zich in bed slapen, trekt haar haar kleding aan, geeft haar haar lievelingseten en slaat de encyclopedie erop na om te zoeken naar wetenswaardigheden over de vos.
In het begin blijft hij zijn vrouw telkens zijn liefde en eeuwige trouw verklaren en vermaakt het stel zich kostelijk met pianospel en kaartspelletjes. Maar ook vossenbloed kruipt waar het niet gaan kan. Richard ziet met angst dat Sylvia gebiologeerd raakt door haar duif in zijn kooitje. Het opgesloten zijn in hun huis begint haar op te breken, waardoor ze verdrietig en lusteloos wordt. Ze wordt zich steeds meer bewust van haar instincten, kan ze niet meer onderdrukken en gaat ernaar handelen. Richard, die nog altijd gelooft in zijn onvoorwaardelijke liefde voor haar, kan haar alleen nog maar volgen, wanneer zij zich niet meer tegen laat houden. Hoe de relatie zich voort zal zetten, daar is hij zich op dat moment nog niet bewust van.
Dit allegorische* verhaal zou tevens een sprookje of een fabel genoemd kunnen worden. Het staat vast dat het een prachtig en subtiel verhaal is over onvoorwaardelijke liefde is. Onwaarschijnlijk is het ook, maar als symboliek geeft het aan hoe relaties kunnen veranderen en dat beide partijen daar anders over denken. De alwetende verteller gaat er vanuit dat hij in alle waarheid het verhaal vertelt, daar is geen speld tussen te krijgen. Hij zit ook écht op de stoel van de verteller en richt zich soms tot de lezer vanuit de ik-vorm.
Het proza is licht en eenvoudig te noemen, geen opgepoetste lange zinnen, maar helder en duidelijk taalgebruik. Het verhaal staat heel centraal, zonder overbodige, afleidende toevoegingen en zijwegen. Het is een ontroerende liefdesgeschiedenis, een verhaal dat nazindert en je nog lang laat nadenken over liefde, loyaliteit, (on)trouw, intens geluk en de onvermijdelijke pijn wanneer beide partijen een ander doel nastreven. Het verhaal is op meerdere niveaus te lezen. Genieten van de fabel of dieper in het boek kruipen en de fabelachtige symboliek zoeken. De keuze staat vrij.
Het verhelderende nawoord van de vertaler - Irwan Droog - heeft een grote toegevoegde waarde. Het geeft de lezer meer informatie over het verhaal en de auteur, en geeft voorbeelden van een mythische metafoor.
Ik heb genoten van deze 'vergeten' klassieker. Als minpunt wilde ik opvoeren dat ik het boek te dun vind, maar die mening heb ik herzien toen ik het boek dichtsloeg. Het is mooi zo, helder, duidelijk en kernachtig. Ik heb weer een juweeltje op mijn lijstje gezet.