Geschreven bij Paaz
Als ik een boek lees, probeer ik er zoveel mogelijk open in te stappen.
Maar met alle tekstjes op het boek zelf, zoals '"Kan dit boek niet verboden worden?" - De een of andere psychiater' die een tragikomisch verhaal suggereren wat letterlijk 'een boekje opendoet' over GGZ-opnames en de psychiatrie als geheel, is mij dat deze keer niet écht gelukt.
Zelf ben ik ervaringsdeskundige op dit gebied. Heb vijf en halve maand op een halfgesloten afdeling gezeten, en van daaruit bevestig ik alle situaties die in dit boek spelen. Onwijs herkenbaar. Gezien niet alleen de schrijfster en ikzelf dit zo hebben beleefd, kun je gerust stellen "klopt als een bus".
Of de situaties voor de lezer, die geen ervaring heeft op dit gebied, verrassend zullen zijn betwijfel ik. Al kan ik daar vanuit mijn positie natuurlijk niet écht iets over zeggen.
Het verhaal verteld van een intelligentie, zachtaardige, grappige lieve jongedame die met een depressie is opgenomen op de PAAZ en volgt haar weg naar herstel; door het geklungel met diagnoses, medicatie, starre regels, gebrek aan duidelijke communicatie en machtsspelletjes van hulpverleners onderling heen. Dat je als cliënt daar niet nog veel gestoorder van word is al een prestatie an sich ;)
Waar ik, om in de lijn van dit boek te blijven spreken, zélf wel gestoord van werd bij het lezen van dit verhaal was als eerste het eindeloze depressieve "dat ben ik niet waard"; ja het zal wellicht heel artistiek de uitzichtloosheid van een depressie in beeld brengen, maar het werd na verloop van tijd wel behoorlijk vermoeiend dit steeds te lezen. Iets korter had best gemogen. De humor in dit verband kon je ook gemakkelijk zelfmedelijdend noemen. Een 'grap' die eindigt op "- maar ik wil alleen maar dood"of iets in die richting is wellicht realistisch en in een bepaald licht 'grappig' te noemen. Toch, als er teveel van die grappen inzitten krijgt het een lamleggend en zelfmedelijdend geheel. Dan is het geen humor meer met 'een lach en een traan'. Maar humor met een neplach en een grote emmer tranen. Bij mij had het de uitwerking dat ik dacht "Ja, okay. Dat weten we nu. Beetje power please Giiirl"
Het andere waar ik zelf een beetje simpel van werd was dat relatief vaak als de hoofdpersoon iets zei (vanwege het voorbeeld even als bla bla bla aangeduid) het zo ging "Bla bla bla" mompel ik.
Hier neem ik de volle verantwoording voor, dat mij dit irriteert, want ik ben een beeld-denker. Als ik "mompel ik" lees, dan zie ik de hele situatie voor me waarin iemand nog even snel een (opstandig) antwoordje mompelt wat niet hardop uitgesproken durft te worden, met als gevolg dat ook niemand kan reageren. Of de situatie waar iemand zielig ineengedoken binnensmonds mompelt opdat andere ontzettend veel moeite moeten doen de persoon te verstaan.
Ja, het past in het beeld van depressie. Nee, het zorgt bij mij niet voor sympathie. Ja. Ik zat zelf voor geheel andere redenen intern. En ja, mijn coping-strategie is heel anders dan die van de hoofdpersoon. Dat verklaard wellicht ook waarom ik zoiets had van "twee pepers op een plek waar de zon niet schijnt; vechten voor jezelf meid!"
Wat ik aan dit boek wel heel mooi vond was de manier waarop je de hoofdpersoon leest groeien. Dat is zo goed geschreven dat ik, ondanks mijn irritaties, respect heb voor hoe zij alles op een rijtje heeft gekregen. Haar humor gebruikt zij dan ook op een betere manier, en het stukje met de kerstballen in dit boek (nee ik verraad niets) bijvoorbeeld vond ik geniaal.
Dit schrijvende realiseer ik mij dat het best wel eens bewust zo geschreven kan zijn als het geschreven is. Als dat zo is, dan getuigd dat van een groot artistiek talent.
Al met al, is het boek zeer de moeite waard.