Geschreven bij Praktische gids voor een gelukkige hond
Ik heb veel geleerd van de manier waarop Cesar Millan met honden omgaat, vooral omdat zijn aanpak veel meer behelst dan het aanleren van wat kunstjes en het afleren van ongewenst gedrag. Cesar Millan werkt nauwelijks of niet met koekjes of andere lekkernijen voor de hond, het gaat hem in de eerste plaats om een evenwichtige relatie tussen bazen en hun honden. Dat is wat ik goed vind van hem.
Met het tonen van een aantal filmdetails gelardeerd met volkomen uit het verband gerukte uitspraken van Cesar Millan is er door sommige tegenstanders een ware hetze ontketend tegen Cesar Millan.
Een van de mensen die verantwoordelijk is geweest voor de vergaande controverse tussen voor- en tegenstanders van Cesar Millan is de Nederlandse hondentrainer Martin Gauss.
Jammer is dat. Want het verschil tussen de opvoedmethoden van Cesar Millan en mensen als Martin Gauss of John Bradshaw is lang niet zo groot als dat het lijkt.
Alledrie leggen ze er de nadruk op dat honden opvoeden vooral een kwestie van tijd en geduld is. Alledrie waarschuwen ze ervoor dat je honden geen menselijke eigenschappen en gevoelens toe moet dichten. Alledrie benadrukken ze hoe belangrijk het is om consequent te zijn. Alledrie (en ieder weldenkend mens) keurt het af als een hond als hebbedingetje of als wapen wordt gebruikt. Alledrie benadrukken ze dat je een hond nooit mag straffen. Corrigeren is iets heel anders. En wat het allerbelangrijkst is: alledrie benadrukken ze hoe belangrijk het is om naar je hond te kijken, want lang niet iedere hond is hetzelfde.
Natuurlijk zijn er accentverschillen, maar Martin Gauss, John Bradshaw en Cesar Millan werken dan ook met een heel andere soort honden. Millan is gespecialiseerd in agressieve types zoals Rottweilers en Pitbulls die vaak al behoorlijk de weg kwijt zijn. Bij Martin Grauss en John Bradshaw gaat het primair om het grootbrengen van ‘normale’ puppy’s met relatief kleine problemen.
Bovendien blijkt het overgrote merendeel van de controverse vooral een kwestie te zijn van terminologie. Cesar Millan gebruikt woorden als gezag, dominantie en discipline. In dit nieuwe boek legt hij nog duidelijker dan daarvoor uit hoe deze woorden moeten worden begrepen en hoe sterk ze verbonden zijn met woorden als opvoeding, verantwoordelijkheid en begeleiding.
Het meest evenwichtige boek dat ik ken is ‘Dog Sense’ van John Bradshaw (in het Nederlands vertaald met ‘Dit is de hond.’ ) Zeer informatief en wetenschappelijk verantwoord, maar mede daarom voor sommigen misschien nogal taai om te lezen. Er staan bovendien erg weinig concrete tips in. Deze theorie kan daarom prima worden aangevuld met de ‘praktische gids voor een gelukkige hond’ van Cesar Millan, een fris en duidelijk en zeer persoonlijk boek. Aanrader!