In 2009 werd Ramsey Nasr voor een periode van vier jaar benoemd tot Dichter des Vaderlands. Die positie heeft Nasr aangegrepen om zijn maatschappelijk engagement vorm te geven in een aantal bevlogen, soms felle gedichten. Zo schreef hij de afgelopen tweeënhalf jaar onder meer over onze nationale identiteit, over de recessie, over Europa, over de bezuinigingen op kunst en cultuur. Daarnaast schoof hij geregeld aan bij Pauw & Witteman om actuele kwesties te bespreken, publiceerde hij opiniestukken en interviewde hij in het geheim de Birmese oppositieleidster Aung San Suu Kyi en de Chinese kunstenaar Ai Weiwei.
In deze bundel komen de beide kanten van zijn dichterschap des vaderlands samen: de geëngageerde gedichten staan naast twee polemische teksten. Zo laat dit boek zich lezen als een krachtig en ontroerend pleidooi voor de kunst en een poëtisch onderzoek naar wat het is dat ons bindt, hier in dit nieuwe vaderland.