Auteurs Van der Veen en Van de Craats hebben een meesterlijk boek geschreven dat een doeltreffende kennismaking is met een fascinerend wiskundig probleem,’ concludeert de MAA. Michael Pearson, uitvoerend directeur van de MAA, vult aan: ‘De MAA is trots om de prestigieuze Beckenbach Book Prize (2018) aan de schrijvers van dit innovatieve werk over de Riemann hypothese uit te reiken. Het is een voorbeeld van de kwaliteit die we nastreven in MAA publicaties.’
Jan van de Craats is een topper op het gebied van het populariseren van de wiskunde. Hij was ook de bedenker van twee van de zes problemen voor de Internationale Wiskunde Olympiade 1982 in Boedapest. Die werd toen gewonnen door Grisha Perelman, die later in 2003 als eerste een van de zeven door de Clay Foundation geformuleerde millennium problemen oploste. Het zogenaamde vermoeden van Poincaré. Ik noem dit omdat het een heel aardig lijntje is van Jan naar de absolute top.
Naast veel waardering voor dit werk toch ook nog een kleine opmerking. Op pagina 62 signaleren de auteurs zelf dat het boek nog net niet alles wat ze graag zouden willen op een rijtje zet. Want ze zouden ook nog graag de priemtelfunctie hebben afgeleid uit Eulers productformule. Maar dat zou wiskundig te hoog gegrepen zijn voor het beoogde publiek van dit werk. Ik zou zeggen, doe het in de volgende druk vooral toch maar. En ga dan ook nog wat meer in op het verband tussen de priemtelfunctie en de non triviale nulpunten van de Riemann zeta functie.
QED (Quite Easily Done)