Geschreven bij Gone
"Het ene moment stond de leraar nog over de Burgeroorlog te praten. En het volgende moment was hij weg.Leraar aanwezig.
Leraar weg.Geen 'poef'. Geen lichtflits. Geen knal."
Hiermee begint het verhaal. En niet alleen de leraar blijkt weg te zijn, maar iedereen van 16 jaar en ouder. Kinderen lopen juichend door school, omdat er geen leraren meer zijn. Ze doen waar ze zin in hebben. De eerste paar uur heeft iedereen veel plezier met lekkere dingen eten, luieren en computerspelletjes spelen, maar als het donker begint te worden wordt het spannend. Veel kinderen besluiten naar het grote plein te gaan. Ze hopen dat iemand ze gaat vertellen wat ze moeten doen.
Sam is 15 jaar en neemt op het dorpsplein de leiding op zich, omdat niemand anders het doet. Hij vertelt de kinderen dat ze het beste naar huis kunnen gaan. De dagen erna probeert hij de kinderen te stimuleren om dingen te doen, zoals zorgen voor de kleine kinderen, zorgen voor eten. Gelukkig hoeft hij dit niet alleen te doen. Hij wordt onder andere geholpen door Quinn, zijn beste vriend, Astrid, het slimste meisje van de klas, en Edillio, een nieuwe jongen op school. Ze gaan ook op zoek naar een oorzaak voor het verdwijnen van de volwassenen. Bij het hotel bovenop de heuvel ontdekken ze iets wat hen voor een raadsel stelt.
Astrid is het slimste meisje uit Sam's klas. Zij kan overal een antwoord op geven, maar zegt het ook als ze het niet weet. Ze probeert een verklaring te vinden voor het feit dat er een muur om hun woonplaats heen staat en voor het feit dat er geen volwassenen meer zijn.
Niet alleen in het dorp zijn kinderen, maar ook op de school iets buiten het dorp. Op deze school zitten kinderen die vanwege hun gedrag niet op hun vorige school konden blijven. Een aantal kinderen blijken een speciale gave te hebben, zoals Caine. Hij kan mensen op afstand van zich weg duwen, alsof een onzichtbare hand hen wegduwt. Hij neemt de leiding op zich bij de school, maar wil ook de leiding in de rest van de stad. Hij houdt een toespraak op het plein en de kinderen luisteren naar hem.
De onderlinge verhoudingen tussen de verschillende groepen kinderen is niet goed. Er wordt flink gepest en getreiterd. Of zoals Quinn, de beste vriend van Sam het zegt:
' (…) Pestkoppen zijn er altijd geweest, maar vroeger hadden de volwassenen nog de leiding. En nu? Nu zijn de pestkoppen de baas. Het is een ander spel, vriend, een heel ander spel. En we spelen het volgens de regels van de pesters.' (blz. 168)
Aan het einde van het boek zijn de kinderen nog steeds zonder volwassenen en er zijn allerlei problemen. Er dreigt een oorlog, er dreigt een voedseltekort. Kortom, wat gaat er in het volgende deel gebeuren?
Wat een spannend boek! Toen ik aan dit boek begon wilde ik het direct uitlezen. Het verhaal is met vaart geschreven en de personages komen goed tot leven. Er zijn meerdere verhaallijnen in het boek, zoals de kinderen in de stad, de kinderen op school, een meisje in de bergen, en deze verhaallijnen komen tegen het einde van het boek bij elkaar. Maar dan is het verhaal nog lang niet af. Kan ook niet, want er zijn op dit moment al 4 vervolgdelen en het zesde deel komt dit jaar uit. Het einde van het boek is onverwachts en daardoor wil je onmiddellijk het volgende deel lezen.
Waarschuwing: niet aan dit eerste boek beginnen als je geen tijd hebt om te lezen :-)