De telescoop is zonder twijfel een van de verst reikende uitvindingen: hij onthult de geheimen van het universum, hij is een tijdmachine die miljarden jaren terug kan kijken. Fred Watson beschrijft vierhonderd jaar geschiedenis en de technologie achter de uitvinding van de telescoop, een instrument dat een grote impact heeft op de wetenschap en de maatschappij. De geschiedenis van de telescoop begint in Middelburg,waar in het begin van de zeventiende eeuw Hans Lipperhey in zijn brillenwinkel de 'Hollandse kijker' ontwikkelt, die hij vervolgens aan Prins Maurits laat zien. Vanaf de toren op het Binnenhof zijn voor de eerste keer de kerkramen in Leiden en de torenklok in Delft duidelijk zichtbaar. De uitvinding zou op militair gebied enorme gevolgen kunnen hebben, maar de lenzen moesten eerst nog beter geslepen worden. Wanneer Galileo Galilei in Padua de telescoop op het heelal richt en er vele ontdekkingen mee doet, volgt de echte doorbraak van het instrument. De geschiedenis van de telescoop staat bol van menselijk vernuft en doorzettingsvermogen. Aan kleurrijke wetenschappers als Tycho Brahe, Johann Kepler, Christiaan Huygens, Isaac Newton, William Herschel en Edwin Hubble danken we onze huidige kennis van het universum: de draaiing van de hemellichamen, het bestaan van de maan Titan en de dubbelsterren, en de grenzen van het heelal. Professor Fred Watson (1944) is een beroemde astronoom uit Australië. Hij schreef met kennis van zaken en zonder gebruik van jargon deze geschiedenis van de sterrenkijker.